Rentree Marius van Mil: Ik heb best wat laten zien

Marius van Mil (20) maakte na drie maanden blessureleed uitgerekend tegen zijn oude ploeg Excelsior Maassluis (4-0 zege) zijn rentree bij ADO Den Haag. De Delftse spits is vastberaden om in zijn tweede profjaar zijn kans te grijpen.

tekst Stan Wagtman 

 

 

Pijn heeft Marius van Mil zijn oude club niet kunnen doen, maar dat was eigenlijk ook niet zo belangrijk. Hij speelde eindelijk weer, dertig minuten, nadat hij er door een knieblessure liefst drie maanden uit was. Het deed de jonge spits zichtbaar goed.

 

"Eindelijk weer lekker voetballen, dat is een geweldig gevoel. Ik ben terug. Vanaf nu is het langzaam opbouwen. Nu dertig minuten, de volgende keer zestig en hopelijk daarna negentig minuten, om zo topfit te worden."

 

 

De Delftenaar is bezig aan zijn tweede seizoen als voetbalprof. Zijn eerste jaar, nadat hij in de zomer van 2021 van Excelsior Maassluis naar ADO Den Haag overstapte, verliep met ups and downs. Hij leerde in Den Haag veel en maakte zijn debuut, maar zat ook vaker dan hem lief was op de bank.

 

 

"Het geeft me een dubbel gevoel. Aan de ene kant heb ik best wat bereikt. Ik heb tien keer meegedaan en zelfs mijn eerste goal voor de club gemaakt. Maar de wedstrijden die ik op de bank zat, waren wel lastig. Als speler wil je gewoon altijd meer, ongeacht of het je eerste profseizoen is."

 

 

Dat 'meer' moet er dit seizoen komen, maar makkelijk wordt dat niet. Met Thomas Verheydt, eventueel Joël Zwarts en Sacha Komljenovic, die de spitspositie ook al bekleedde, is de concurrentie in de punt van de aanval groot.

 

"Een basisplaats is misschien lastig, maar ik kan het bijvoorbeeld ook laten zien tijdens de keren die ik mag invallen. Ik heb nu een jaar de tijd gehad om aan alles te proeven."