Mitchell Piqué, ja, die kende hij wel. Van de televisie. De twee schudden elkaar de hand op zijn eerste dag bij ADO Den Haag.
Hey niffel, brulde Mitchell bij die kennismaking lachend. „Dat beteken neef in het Surinaams,” vertelde Lorenzo gisteren. „We zijn meteen gaan uitzoeken of we familie zijn. Mitchell ging informeren, ik ook. Wat bleek? We zíjn familie, we zijn verre neven.”
Niet Mitchell -hij is geblesseerd-, maar Lorenzo staat tegenwoordig in ADO-één. Achttien lentes jong nog, maar al een boom van een kerel. Trainer Raymond Atteveld heeft hem in elke oefenwedstrijd al opgesteld. Als rechtsback, de rol die hij in de jeugd steevast speelde. „De laatste twee jaar was ik centrale verdediger,” aldus Piqué die gisteren de negentig minuten volmaakte in de vijfde oefenwedstrijd van ADO Den Haag. Op het veld van Laakkwartier werd FC Oss verslagen met 4-1.
ADO plukte hem weg bij Feyenoord. Maurice Steijn ontdekte het talent. „Hij speelde tegen Charlton Vicento. Hij viel op. Was groot en krachtig in de duels,” aldus Steijn. „Ik kon bij Feyenoord blijven, maar zou dan worden verhuurd aan Excelsior. ADO had echter ook interesse. Ik heb de aanbiedingen naast elkaar gelegd en voor ADO gekozen.
Dat zag er goed uit,” aldus Piqué die zich moet concentreren op de rechterkant nu Ahmed Ammi nog aan zijn knie geblesseerd is. Ook de alternatieve rechtervleugelverdedigers Tillema, Kum en Buijs bivakkeren nog in de lappenmand. Voorlopig kan Piqué zich dus in de schijnwerpers spelen. Gisteravond ging dat heel behoorlijk. „Nou, de tweede helft ging beter dan de eerste,” was hij kritisch. „Maar ik ben nog jong. Elke minuut dat ik hier bij ADO kan spelen, is meegenomen,” stelde trainer Raymond Atteveld