Laatste wens van Koos (95) komt uit met voetbalwedstrijd ADO

'Ik ging elke thuiswedstrijd in het Zuiderpark kijken'

Toen Koos Burki van Stichting Ambulance- wens zijn laatste wens mocht kiezen, wist hij het meteen: nog één keer ADO. Gisteren ging die in vervulling.

 

 

tekst: Stan Wagtman

 

 

Als er drie mannen een skybox van het Bingoal Stadion inlopen, verschijnt er op het gezicht van de 95-jarige Koos Burki een grote glimlach. De mannen zijn ADO-spelers Boy Kemper, Thomas Verheydt en Hugo Wentges, die Koos begroeten en hem een fijne wedstrijd wensen. Dat ze qua leeftijd met gemak zijn kleinzoon hadden kunnen zijn, maakt voor Koos niet uit. Hij geniet er zichtbaar van.

 

Koos ligt op een ziekenhuisbed, omdat zijn linkerbeen is geamputeerd. Maar verder is de in Dordrecht woonachtige Hagenaar nog 'hartstikke helder in zijn koppie', zo vertelt hij, terwijl hij een vinger op zijn hoofd legt om dat duidelijk te maken. Dolgraag wilde hij nog één keer een wedstrijd bijwonen.

 

 

"ADO is een fantastische club. Ik kwam er voor het eerst toen ik 10 jaar oud was. Toen was ADO nog een amateurclub. Ze speelden nog in districten tegen clubs als Holland Sport, Ajax en De Volenwijckers. En ik ging elke thuiswedstrijd in het Zuiderpark kijken. Daar woonde ik vlakbij. Mijn jeugd heb ik bij de club doorgebracht."

 

De wedstrijd tegen TOP Oss bekijkt Koos vanaf de hoogste verdieping van het stadion, met een fraai zicht op het veld. Als de Hagenaar over zijn club praat, gaat het vooral over het ADO van vroeger. Koos herinnert zich nog een wedstrijd ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. "Ik lag langs de kant van het veld te kijken. Ondertussen ging het luchtalarm af en vluchtten alle spelers naar binnen."

 

 

De ploeg van nu kent Koos niet goed, maar hij weet wel dat er veel jonge spelers in het elftal staan. "We moeten het nu van hen hebben, hè. En ik heb vertrouwen in Dick Advocaat. Hij heeft er op zijn leeftijd nog zin in. Hem heb ik in Den Haag ook nog zien voetballen en een keer een doelpunt tegen Ajax zien maken."

 

En op doelpunten, rekende Koos nu ook. Grappend: "Ik ben niet voor niets gekomen, hè."