Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 28-10-2020 09:08:00
KNVB-directeur Eric Gudde wijst clubs op de protocollen
Alle Nederlandse profclubs stelden afgelopen zomer dat het afmaken van de competities de allerhoogste prioriteit heeft."Stop met verwijten maken naar elkaar"
door Mikos Gouka en Maarten Wijffels
Directeur Eric Gudde heeft namens de KNVB in een call met alle clubs nog eens met klem benadrukt dat alle protocollen rond het coronavirus zeer streng moeten worden nageleefd.
De directeur van de KNVB wees de vertegenwoordigers van alle clubs er in een videocall op dat het voetbal nog altijd onder een vergrootglas ligt en dat de clubs zich aan alle regels moeten houden.
De recente corona-uitbraken bij onder meer AZ, PSV en NAC zijn veelbesproken. De spelers dienen zoals bekend afstand te houden in de kleedkamers en bijvoorbeeld in de fitnessruimte. Gudde gaf ook aan dat de verwijten die door clubs over en weer af en toe worden gemaakt in de publiciteit, geen goed signaal zijn richting de politiek in Den Haag.
Zo vond Mike Snoei namens De Graafschap eerder iets van het aantal besmettingen bij concurrent NAC. De KNVB vindt dat geen goed teken en wil hoe dan ook voorkomen dat het voetbal weer moet worden stilgelegd. Debond hoopt juist dat als het aantal besmettingen straks weer zou dalen, er een kans is dat er weer fans in het stadion worden toegelaten.
"Zie deze call als een pleidooi dat we echt met z'n allen samen door de coronatijd heen moeten'', zegt Gudde. "Ik trek in deze ook bewust samen op met Jan de Jong als directeur van de Eredivisie CV en Mark Boele namens de Eerste divisie. Laten we er alles aan doen om de uitzonderingspositie die we als voetbalbranche hebben gekregen, waar te maken. 95 procent je best doen om protocollen na te leven is goed en knap, maar iedereen moet naar 100 procent streven. Je vergeet allemaal wel eens iets, zelfs ministers overkomt dat, maar ga niet vanuit teleurstelling elkaar onderling verwijten maken. En laat het bij clubs niet alleen de verantwoordelijkheid zijn van teammanagers en de medische staf om op de protocollen te wijzen. Ook trainers en spelers onderling: houd elkaar mes- en messcherp. Ik kan het niet anders zeggen.''
In de ere- en eerste divisie zijn naar schatting inmiddels al zo'n 100.000 testen afgenomen. De politiek ziet deze twee competities inmiddels als een waardevolle proeftuin, waar veel kennis over het virus en de omgang ermee kan worden vergaard. "We zijn blij dat we die rol kunnen spelen'', stelt Gudde. "Juist door de vele testen zie je dat besmettingen heel vroegtijdig worden opgemerkt. En omdat we er overal kort opzitten, zijn er geen massale uitbraken over heel de linie.''
Gudde las gisteren naar eigen zeggen ook 'met verbazing' uitspraken van Evgeniy Levchenko, de voorzittter van de Vereniging voor Contact Spelers (VVCS). In navolging van de amateursport ook de profcompetities stilleggen, is niet aan de orde. Alle Nederlandse profclubs stelden zich afgelopen zomer op het standpunt dat het afmaken van competities de allerhoogste prioriteit heeft, simpelweg omdat de bedrijfstak anders wordt bedreigd in zijn voortbestaan. Maar Levchenko liet nu op zijn minst ruimte voor speculatie door te zeggen: "Als clubs wedstrijden moeten spelen zonder hun belangrijkste spelers, is dat ook een beetje competitievervalsing. De komende periode wordt cruciaal en zal bepalen of we kunnen doorgaan met de competitie.''
Interlands
Een andere belangenorganisatie, de internationale spelersvakbond FIFPRO, richtte gisteren zijn pijlen op het interlandvoetbal. Komende maand staan de laatste landenwedstrijden van 2020 op de kalender. Als het aan FIFPRO ligt, wordt een aantal vriendschappelijke interlands niet meer gespeeld. "Natuurlijk zijn interlands lastige onderbrekingen voor clubs, met bubbels die doorbroken worden'', beseft Gudde.
"Maar ook de windows voor interlands zijn al tijden geleden vastgelegd en brengen hun belangen met zich mee. De UEFA heeft afspraken met bonden collectief verankerd in contracten. In november speelt Oranje bijvoorbeeld vriendschappelijk tegen Spanje. Weing mensen beseffen het, maar die wedstrijd telt dus 'gewoon' mee voor de wereldranglijst, die straks in december de basis vormt voor de potindelingen bij de loting voor de kwalificatie-cyclus voor het WK van 2022. De beste tien landen van de wereldranglijst komen in pot 1 bij de loting. Alles staat nu, eind oktober, heel dicht bij elkaar. En pot 1 of pot 2 maakt bij een WK-kwalificatie nogal een verschil. Veel meer dan bij een EK-kwalificatie. Dat hoef ik niemand uit te leggen.''