w | g | v | p | |||
---|---|---|---|---|---|---|
1 | EXC | 14 | 9 | 2 | 3 | 29 |
2 | HEL | 14 | 8 | 3 | 3 | 27 |
3 | GRA | 14 | 7 | 5 | 2 | 26 |
4 | VOL | 14 | 8 | 2 | 4 | 26 |
5 | DBO | 14 | 7 | 4 | 3 | 25 |
6 | DOR | 14 | 7 | 4 | 3 | 25 |
7 | EMM | 14 | 7 | 3 | 4 | 24 |
8 | CAM | 14 | 7 | 1 | 6 | 22 |
9 | TEL | 15 | 5 | 7 | 3 | 22 |
10 | ADO | 14 | 5 | 6 | 3 | 21 |
11 | RJC | 14 | 5 | 5 | 4 | 20 |
12 | JAZ | 14 | 5 | 2 | 7 | 17 |
13 | TOP | 14 | 4 | 4 | 6 | 16 |
14 | EIN | 15 | 4 | 4 | 7 | 16 |
15 | JPS | 14 | 4 | 2 | 8 | 14 |
16 | MVV | 15 | 2 | 7 | 6 | 13 |
17 | JAJ | 14 | 2 | 6 | 6 | 12 |
18 | VVV | 15 | 3 | 2 | 10 | 11 |
19 | JUT | 14 | 1 | 5 | 8 | 8 |
20 | VIT | 14 | 2 | 6 | 6 | 6 |
Onze gedachten gaan natuurlijk uit naar de familie Boogaard.
Nauwgezet, plichtsgetrouw en uitgaand van het klassieke credo ‘Ben je lid van een vereniging dan moet je daarvoor als vrijwilliger iets doen’. Daaf Boogaard heeft daaraan vanaf de eerste dag van zijn lidmaatschap (31 januari 1969) tot aan zijn overlijden (26 augustus 2012) daadwerkelijk inhoud gegeven. Hij bereikte de eerbiedwaardige leeftijd van bijna 87 jaar.
In de tijd voordat Daaf Boogaard lid werd van ADO was hij scheidsrechter. Hij hanteerde de fluit tot 1964. Door zijn voetballende zoons raakte hij nauw betrokken bij ADO. Hij werd spoedig jeugdleider, lid van de jeugdcommissie en lid van de toenmalige Verenigingsraad (tegenwoordig Ledenraad). Zijn expertise lag vooral op het terrein van financiën. Eigenlijk het verlengde van zijn maatschappelijke baan bij de belastingdienst. Het nemen van verantwoordelijkheid ging hij niet uit de weg. Hij was dan ook in de organisatorisch voor ADO woelige tijden een rots in de branding. Toen ADO in 1977 scheidde van FC Den Haag en verder ging als zelfstandige amateurvereniging zagen enkele bestuursleden van de amateursectie geen gezond toekomstperspectief meer. Toen was Daaf Boogaard bereid tijdelijk het voorzitterschap te bekleden. Een zware functie in een zware tijd. De scheiding bracht niet alleen vele formele activiteiten met zich mee, er moesten ook belangrijke financiële besluiten worden genomen en belangen veilig worden gesteld.
Voor zijn vele verdiensten werd Daaf Boogaard in 1981 benoemd tot Lid van Verdienste. Nadat hij zijn bestuursperiode, die duurde van 1977 tot en met 1981, afsloot, bekleedde hij tal van functies in diverse commissies. Zo was hij lid van onder meer de aanmeldingscommissie, de commissie van beroep, de financiële commissie en tot aan zijn heengaan voorzitter/penningmeester van de Club van Ereleden en Leden van Verdienste. Hij was als kritisch volger van het financiële wel en wee van ADO niet altijd even gemakkelijk voor het bestuur en hield altijd vast als een terriër tot hij werkelijk het naatje van de kous wist.
De laatste jaren tobde hij met zijn gezondheid. ‘Ouderdom komt met gebreken’, zei hij steeds. Toch bleef hij ADO volgen, op afstand, op de tribune en op vergaderingen. Het overlijden van zijn vrouw was voor hem een grote tegenslag. De eenzaamheid die dit met zich meebracht kon hij moeilijk verwerken. Door ongelukjes kreeg hij ook met steeds meer fysiek ongemak te maken. Zijn overlijden verloste hem ervan en bracht hem bij zijn vrouw. Een weerzien waarnaar hij in stilte vurig verlangde.