Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 13-12-2016 11:11:00
Frans Leermakers beschrijft legendarische spelers in Haagse dienst
Geschilderd uit het geheugen.
door Martin van Zaanen
Een goed begin is het halve werk. Plus een ideale opstap voor een vervolg. Dus komt Frans Leermakers met deel 2 van zijn 'Wie eens ons shirt mocht dragen'.
Zet eens op een rijtje wie er in de loop der jaren allemaal voor een profclub voetbalden, en je wordt niet zozeer verrast door de hoeveelheid (valt vaak tegen), maar veeleer getroffen door alle uiteenlopende types en karakters. Die treffend op papier krijgen, is een kolfje naar de hand van Frans Leermakers, communicatieadviseur sport bij de gemeente en oudjournalist van onder meer Het Vaderland, Het Binnenhof en de Haagsche Courant.
Zo bleek al in oktober 2015 toen zijn 'Wie eens ons shirt mocht dragen' verscheen. Hierin vereeuwigde hij 50 groen-rode en geel-groene helden, onder wie Cor Lems, Mick Clavan en Ernst Happel. De titel komt van het clublied van ADO uit de jaren '50 met als refrein: ADO, zet in uw krachten, eendrachtig aan het werk/Houdt steeds in uw gedachten: tezamen zijn wij sterk!/Wie eens ons shirt mocht dragen, vergeet dat maar niet zo/ Die hoeft men niets te vragen, die vecht voor ons ADO.
Waarom ingewikkeld doen als eenvoudig ook werkt? Dus koos uitgever Nederlandse Sportboeken Club bij het vervolg voor de titel: 'Wie eens ons shirt mocht dragen, deel 2'. Het komt uit in het begin van volgend jaar. Wie vanaf dat punt achterom kijkt, kan niet anders dan concluderen dat de uitgeverij in 2016 stevig aan de weg timmerde.
Inkijkje
Denk aan 'Hanendaden', over de 120-jarige historie van HV en CV Quick. Of 'Drie Corners Pinantie', de memoires van oud-profkeeper en -journalist Joop Niezen en 'Ze lullen maar een eind weg', de biografie van scheidsrechter John Blankenstein. Maar ook 'Van de Buurtweg tot het Zuiderpark', waarmee nostalgicus Rob Pronk na 'Van Malieveld tot Melis Stokelaan' en 'Van De Adelaars tot De Zwarte Schapen' zijn eerste trilogie volbracht.
Als jochie werd Leermakers lid van ADO, later medewerker van de ADO Post. Tevens bekleedde hij diverse functies binnen de organisatie. Onderwijl bleef hij journalist. Zo nam hij een aparte positie in. Dat zorgde voor een uitzonderlijk inkijkje binnen alle geledingen van ADO Den Haag. Was het observeren van details en het bepalen van een originele, laat maar zeggen 'andere' invalshoek een studie, mag Frans Leermakers een titel voor zijn naam voeren. Alleen zette hij als journalist zijn voorliefde voor kleurrijke scènes nooit nadrukkelijk in. Hij vindt dat je het in krantenverhalen meer zakelijk moet houden.
Woonboot
Met deze nieuwe oogst aan 50 portretten voor zijn boek kon hij weer los. Zo leren we dat Ron de Vos van Steenwijk, die ze in België 'De Baron' noemden, in een woonboot aan de Moerweg woonde. Dat het bij een jeugdtoernooi in Honved was dat toenmalig spits Michel Adam zijn nieuwe bestemming als centrale verdediger vond. Maar vooral dat clubarts Dolf Slager de uitwedstrijden met een zweefvliegtuig bezocht. Ook deze portretten schilderde Frans uit het geheugen. Met behulp van schetsen die al decennia op een plank achterin in zijn hoofd lagen te wachten. Raadplegen van zijn archief was alleen nodig bij het checken van de feiten. Via deze werkwijze kreeg hij iets wonderlijks voor elkaar: dat je als lezer zelfs voetballers die je nooit zag spelen, meteen herkent.
De officiële presentatie van zijn tweede boek is op woensdag 11 januari, van 16.30 tot 18.00 uur bij Van Stockum op het Spui in Den Haag. Wie eens ons shirt mocht dragen, deel 2. Portretten van legendarische namen uit de geschiedenis van ADO en FC Den Haag.
ISBN: 978-94-92273-18-5