Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 10-10-2008 10:20:00
De lange route van Fabio Carraciolo
Door ARJAN SCHOUTEN
DEN HAAG- De mooiste voetbalnaam in de selectie van ADO Den Haag? Fabio Caracciolo maakt zeker een goede kans, mocht hier ooit een verkiezing voor worden uitgeschreven onder het Haagse publiek. De naam van de aanvaller rolt van de tong als die van een vedette van een club uit de Serie A, maar zijn afkomst is een stuk eenvoudiger.
De 24-jarige spits van ADO Den Haag mag dan Spaans en Italiaans bloed in zich hebben, zelf is hij niet van Mediterrane afkomst. Zijn wieg stond opvallend genoeg in het Belgische provinciestadje Genk, niet ver van Maastricht. Daar leerden zijn vader en moeder elkaar kennen toen ze beiden als immigranten in de steenkolenmijnen van het Limburgse stadje werkten. ,,Mijn moeder is geboren in het Spaanse Murcia,” vertelt Caracciolo met een zachte Belgische tongval. ,,Mijn vader komt uit Foggia, in Italië. In Belgïe leerden ze elkaar kennen, ze werden verliefd en trouwden.”
In de migrantenstad waar circa een derde van de 70.000 inwoners van allochtone afkomst is en de Italiaanse gemeenschap uit 10.000 mensen bestaat, kende Caracciolo samen met zijn twee broers een moeilijke jeugd. Het gezin had het, zoals de meeste immigranten in Genk, niet breed. Caracciolo: „Een heel moeilijke tijd, waar ik nu nog wel eens aan terugdenk. Als je dat meemaakt, ga je pas iets simpels als familie en geluk waarderen.”
Symbolisch genoeg werd het plaatselijke KFC Zwartberg, vernoemd naar één van de beroemde Genkse kolenmijnen, begin jaren ’90 de eerste voetbalclub van Caracciolo. Lang hield de aanvaller het niet uit bij het kleine provinciaalse ploegje want al snel meldde KSK Tongeren – momenteel uitkomend in de Belgische derde klasse – zich voor de talentvolle pupil. Daar vielen zijn kwaliteiten spoedig op bij scouts, want vanaf 1994 speelde de 10-jarige Caracciolo in de jeugdtak van MVV.
Al op zijn zestiende maakte Caracciolo in 2001 zijn debuut voor de Limburgse eerstedivisionist, maar het duurde nog tot de zomer van 2003 tot de Belg zich een seizoen lang onder trainer Rob Delahaye mocht bewijzen in de aanval bij de roodhemden. Mede dankzij elf goals van de Genkenaar eindigde MVV dat seizoen als achtste. In 2007 besloot de Belg met nog een halfjaar contract in te gaan op een aanbieding van het Belgische KVSK United waar René Trost coach was. Voor Caracciolo pas de eerste kennismaking met een Belgische club, en geen hartelijke. „Ik was gewend twee keer per dag te trainen, bij KVSK trainde je alleen ’s avonds. De meeste jongens hadden er een job bij. En het voetbal, alleen maar lange ballen. Dat lag mij totaal niet, ik was vanaf de jeugd de verzorgde Nederlandse speelstijl gewend.”
Na zes maanden keerde Caracciolo terug in de Jupiler League, bij FC Eindhoven. Daar groeide hij met 17 doelpunten zomaar uit tot goalgetter. Opvallend, want voor zijn 26 eerdere doelpunten bij MVV had hij nog zes seizoenen nodig gehad. „Dat ik in Eindhoven wel gemakkelijk het net wist te vinden, had veel te maken met geloof in eigen kunnen en plezier. De trainers Louis Coolen en later Gerald Vanenburg gaven mij het vertrouwen en wisten mij op de juiste wijze te motiveren. Ik heb daar het spelplezier weer teruggevonden.”
Als clubtopscorer voetbalde hij zich automatisch in de etalage. Een zomer vol transfergeruchten volgde, zelfs Gimnastic wilde Caracciolo naar Spanje lokken. Maar in augustus speelde de Italiaans-Spaanse Belg gewoon weer in het Jan Louwers Stadion. „Een teleurstelling? Ach, er doen zoveel geruchten de ronde in deze wereld. Ik geloof pas iets als mijn telefoon rinkelt, eerder niet.”
Naarmate de competitiestart naderde, werd de naam van Caracciolo steeds vaker verbonden aan ADO Den Haag, maar Eindhoven hield aanvankelijk de boot af. Na een hattrick tegen HFC Haarlem raakte de op handen zijnde transfer alsnog in een stroomversnelling, waarna Caracciolo voor drie jaar tekende bij de Haagse promovendus. „ADO, daar hoefde ik niet eens over na te denken. Na een gesprek met mijn zaakwaarnemer, vrouw en familie was ik er uit. Een stap vooruit, een droom.”
Vanaf het prille begin bij MVV volgde de gehele familie Caracciolo de verrichtingen van de enige profvoetballer in de familie, ook de overstap naar ADO werd met gejubel ontvangen bij de twee broers en de vele ooms en tantes. „In binnen en buitenland. Ik heb een oom in Spanje die elke week op internet mijn wedstrijden kijkt. Ze houden me allemaal in de gaten.”
Vader Michele helaas niet meer. Als twaalfjarige pupil van MVV verloor Caracciolo zijn vader, toen pas 39 jaar. „Hij was zwaarlijvig, maar bracht mij elke dag naar MVV met de auto. Speciaal vanwege zijn ziekte mocht hij tot aan het trainingsveld rijden zodat hij niet hoefde te lopen. Op een dag ging ik ’s ochtends naar school, mijn vader herstelde thuis van een infectie aan zijn been. Toen ik ’s middags thuiskwam, was het bed leeg.”
Caracciolo senior overleed aan een hartaderbreuk. „Dat doet echt iets met je. Ik denk nog continu aan hem en voel dat hij altijd bij me is. Ook als ik scoor ben ik in gedachten altijd even bij hem. Of hij weet dat ik nu bij ADO Den Haag speel? Absoluut, hij krijgt boven alles