Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 28-08-2023 10:36:00
Column: Levenslustige spits
'Henkie Mooi' hield van kleding, auto's en mooie vrouwen
tekst: Mario van der Ende
Het doelpunt dat de KNVB-bekerfinale van 1975 tussen FC Den Haag en FC Twente besliste, gaf in mijn vriendenkring ooit discussie. Was de vrije schop die aan het doelpunt voorafging niet een fout van scheidsrechter Frans Derks? Was de uitvoering wel of niet ingestudeerd? Hoe was het toch mogelijk dat de FC Twente-defensie Dojcin (Dojo) Perazic, de Haagse middenvelder die ongehinderd de voorzet kon geven, over het hoofd had gezien? En had FC Twente-doelman Gross Dojo's voorzet niet gewoon klemvast moeten hebben?
Eén man aan tafel liet de hele woordenstroom het ene oor in en het andere uitgaan. "Heren, wees blij dat ik tweebenig was, anders had ik dat doelpunt met mijn linkervoet nooit gemaakt." Met deze woorden kreeg matchwinnaar Henk van Leeuwen zijn tafelgenoten stil. Dat kwam Henk goed uit omdat de gezellige babbelaar toen zelf weer het woord kon nemen.
Hij vertelde ons dat hij als kind ontroostbaar was als Feyenoord verloor. Over de weinige kansen die hij als spits in De Kuip kreeg omdat daar Ove Kindvall en Ruud Geels rondliepen. Over zijn voorliefde voor mooie vrouwen, coiffures, auto's en kleding. Dat coach Ernst Happel hem omschreef als eigenwijs, eigenzinnig en te ijdel. IJdelheid die hem ooit de bijnaam 'Henkie Mooi' opleverde, omdat hij gemiddeld een kwartier langer dan zijn medespelers voor de kleedkamerspiegels stond.
Uiteraard sprak Henk over zijn fantastische tijd bij FC Den Haag, waar hij na twee seizoenen bij Roda JC, was komen spelen. Daar als technisch vaardige, meevoetballende spits en topscorer in aanloop naar het WK in 1978 zelfs twee keer het Nederlands elftal haalde, maar vlak voor het afreizen naar Argentinië door een knieblessure moest afhaken. Dat hij door blessureleed op 31-jarige leeftijd met betaald voetbal moest stoppen maar niet stil bleef zitten. Om vervolgens makelaar, beleggingsadviseur, in Dubai handelaar in ondergrondse afvalcontainers te worden en als een van de eersten defibrillatoren ging verkopen.
Toen een van de heren Henk als rusteloos typeerde, reageerde hij direct: "Joh, dat noem ik levenslust!"