Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 26-01-2016 10:50:00
Column Bert Wagendorp: cultuurclash
Gisteren stond er een mooi interview in de Volkskrant dat China-correspondent Manje Vtaskamp had gemaakt met Wang Hui, de Chinese eigenaar van de voetbalclub ADO Den Haag.
Wang Hui vatte aan het eind van het gesprek de moeilijke relatie tussen zijn bedrijf en ADO Den Haa treffend samen in een oud Chinees gezegde: "Je kom optillen om te eten, maar je eetstokjes neerleggen om je moeder uit te schelden."
Bij ADO weigerden ze maandag te reageren op de uitspraken van Wang. Daar weten ze inmiddels dat je moet uitkijken met oude Chinese gezegden. Wang Hui sloeg in de Volkskrant al behoorlijk dreigende taal uit. Als ze zich bij ADO niet beter gaan gedragen komt er een ‘nieuwe keiharde baas’ en wordt het ‘pas echt oncomfortabel’. Wang Hui heeft nog ‘een greintje tolerantie’, maar de maat is bijna vol. Als ik in het management zat van ADO Den Haag, zou ik een extra slot op de deur aanbrengen en iedereen die aanklopt om het wachtwoord vragen (‘Scheveningen’). De Chinezen komen.
Wang Hui heeft ADO Den Haag 3,7 miljoen toegezegd, maar het geld wordt maar niet overgemaakt. Volgens Wang Hui ligt het als volgt: Den Haag is van hem en hij maakt wel uit of hij zijn investeringsbeloften aan zijn eigen club na komt. Zo gaat dat in China en als dat ze in Den Haag niet bevalt, hebben ze pech gehad.
Het is geen kleine kwestie, Wang Hui vs. ADO Den Haag. Je mag het gerust een cultuurclash noemen. Begin januari was de affaire voor The New York Times al aanleiding voor het langste stuk sinds geruime tijd over een Nederlands onderwerp. De Chinese miljarden stromen over de wereld, en ADO Den Haag is een pregnant voorbeeld van waartoe dat kan leiden.
Hoewel Den Haag de meest Chinese stad van het land is, met een paar voortreffelijke Chinese restaurants en een mooi Chinatown, begrijpen Wang Hui en de hofstad elkaar niet.
Aanvankelijk was van een cultuurkloof trouwens geen sprake. In de zomer van 2014 verkocht de toenmalige eigenaarADO Den Haag voor een kleine tien miljoen aan United Vansen. Het duurde even voor het geld er was, maar een jaar geleden werd ADO Den Haag Chinees.
Wang Hui en ADO leken nog helemaal op één lijn te zitten. De nieuwe baas beloofde dat hij van de club een grootmacht zou maken en dat de glorieuze dagen van Aad Mansveld en Lex Schoenmaker zouden herleven, toen ADO achter Ajax en Feyenoord even de derde club van het land was. Dat hoorden ze graag in Den Haag. Er verschenen zelfs spandoeken in het stadion met de naam van de Chinese weldoener erop. Zo werkt dat bij Nederlandse profclubs. Je hoeft er maar een namaaksjeik, een zogenaamde Russische oligarch of de kok van restaurant Peking heen te sturen, of het bestuur staat te knipmessen in de hoop dat het schip met goud eindelijk is binnengevaren en de aanval op Ajax en PSV kan worden geopend.
Die tien miljoen was overigens een fooi, die mooi liet zien hoe de verhoudingen in het internationale voetbal liggen. Het Chinese consortium CMC kocht zich in december in bij Manchester City, een club waarin de koninklijke familie van Abu Dhabi een meerderheidsbelang heeft. Voor 13 procent van de aandelen betaalden de Chinezen 400 miljoen dollar. Kennelijk is City een kleine drie miljard euro waard.
Er is nog hoop, want Wang Hui noteerde op advies van Marije Vlaskamp een Nederlands gezegde: geen woorden maar daden. Horen we dat president Xi Jinping in een toespraak tot het Volkscongres zeggen, dan weten we hoe dat komt.