Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 26-08-2015 09:32:00
Ajax - ADO Den Haag: Routine kan doorslag geven en wel hierom
Jongste tegen oudste team in eredivisie
Ajax- ADO Den Haag is zondag een duel tussen de jonkies en oudjes van de eredivisie. Trainer Frank de Boer had de eerste speelronden de jongste selectie (22 jaar), collega Henk Fraser de meeste ervaring (ruim 27 jaar). In welke zin kan de routine in de Arena de doorslag geven? Drie argumenten op een rij.
door Dennis Jansen
1. Organisatie
Vooropgesteld zegt Henk Fraser: "Als je goed genoeg bent, ben je oud genoeg." Anders gesteld: leeftijd hoeft dus helemaal niets uit te maken. "De spelers van Ajax zijn weliswaar jong, maar zijn al gewend aan dit niveau en slim genoeg. En het is niet voor niets dat ze uitstekend zijn begonnen", aldus de trainer van ADO Den Haag, die erkent dat de kansen op punten zondag zijn toegenomen nu zijn selectie meer routine herbergt. "Onze ervaring kan zeker een extraatje zijn."Neem de uitwedstrijd vorig jaar. "Lange tijd staan we goed. Heel even denken we dat we ook wel even kunnen prikken en prompt maken zij de goal."
Nu heeft Fraser Ruben Schaken, Mike Havenaar, Edouard Duplan en ook Tom Beugelsdijk, spelers die situaties herkennen. "Die weten wat het is om een wedstrijd uit te spelen, een voorsprong te pakken, of de nul heilig te verklaren."
2. Mentale weerbaarheid
Driemaal deze competitie richtte ADO zich op. Zowel PSV als FC Twente startte voortvarend in de beginfase. Geen mens had vreemd opgekeken als de Eindhovenaren in de ouverture na twintig minuten royaal op voorsprong hadden gestaan. ADO herstelde en herpakte zich, ook afgelopen zondag tegen FC Utrecht. Na een rampzalige eerste helft bundelden de Hagenaars hun krachten.
Fraser: "We laten ons niet meer gek maken. Voorheen wilden we zo snel mogelijk de gelijkmaker forceren of werden we zo opgejaagd door het publiek dat we als gekken gingen jagen. Nu bleven we knokken tot het einde". Bijkomend voordeel: het 'Haags kwartiertje'leeft als nooit tevoren. ADO weet dat het ook in de slotfase kan toeslaan, zoals met de late gelijkmakers tegen PSV (2-2) en Utrecht (1-1).
3. Communicatie
Het was rust bij ADO-PSV. Het stond 1-1. Toen Fraser de catacomben van het Kyocera Stadion inliep, hoorde hij allerlei geluiden uit de kleedkamer. De trainer was verbaasd. "Vorig jaar was het namelijk doodstil in zo'n situatie in de rust. Nu zaten ze allemaal met elkaar te discussiëren."De 'ouwetjes'namen de jonkies bij de hand en zaten te bomen met elkaar. "Ik heb de deur open en meteen weer dichtgedaan. Dat is het mooiste wat je kunt hebben. Dat ze praten over voetbal", aldus Fraser, die snakte naar deze ontwikkeling.
"Begrijp me goed, ik heb als voetballer prima trainers gehad, al heb ik van ééntje echt iets geleerd: Van Hanegem. Daar was ik zelfs een beetje bang voor. Maar het meeste stak ik op van mijn evaren ploeggenoten. Ik kwam als 17-jarige bij Sparta, waar Blind en Olde Riekerink speelden en Van Gaal aanvoerder was. Zij corrigeerden me. Gaven me op mijn flikker. Later waren dat Metgod, Troost, bij Utrecht de Pattinama's, Du Chatinier en bij Roda JC Gene Hanssen. Die heb ik weleens met zeven man op zijn rug een tent uit zien lopen. Klein vechtpartijtje. Nam ze gewoon naar buiten, hoor. Ja, daar luister je wel naar."