Bron van dit artikel
Datum plaatsing: 04-07-2007 09:05:00
'ADO Den Haag doet het plastic de deur uit'
Haagse trots gaat positief de eerste divisie in
Bij ADO Den Haag wordt altijd veel gekankerd. De nieuwe trainer Wiljan Vloet doet daar niet aan mee, het moet weer gezellig zijn op de club.
.
tekst: Jeroen Gunter
.
‘Vanochtend om acht uur zaten er al een paar spelers koffie te drinken en een krantje te lezen.’ En dat twee uur voor het begin van de training. Wiljan Vloet wil maar zeggen: zijn voetballers hebben er zin in. De nieuwe trainer van het gedegadeerde ADO Den Haag zit na afloop van de eerste oefensessie in de catacomben van het oude Zuiderparkstadion, waar dit hele seizoen getraind wordt. Hij veegt wat regendruppels uit zijn gezicht. ‘Alleen die regen hè, dat is wel wennen voor een man uit het zuiden.’
Voor de rest vindt Vloet alles top, hij heeft ontzettend veel zin in het nieuwe seizoen. Dat ADO dit jaar in de Jupiler League speelt (Vloet: ‘Ik zeg nog gewoon eerste divisie’), maakt niet uit. Want Vloet is een positief man, hij heeft er alle vertrouwen in dat ADO dit seizoen weet te promoveren. Behalve optimisme neemt Vloet ook een hoop gezelligheid mee naar Den Haag. Niet verwonderlijk dat een van zijn eerste daden bij ADO het reorganiseren van de lunch was. ‘Ze aten hier van plastic bordjes, dat kan toch niet?’ Vloet zorgde dat er fatsoenlijke borden kwamen, met mooi bestek. ‘De jongens moeten zich thuisvoelen bij de club.’ Een man als Vloet is precies wat ze nodig hebben in Den Haag, waar kankeren een tweede natuur is.
Neem Harry Suiker, oud-speler van ADO (‘Ik heb het eerste net niet gehaald’) en al dertig jaar de tegelkoning van Den Haag. Suiker werd in 1949 lid van de club, vertrok en meldde zich onlangs opnieuw aan. Erg enthousiast werd hij niet ontvangen. ‘Ze vroegen me waarom ik lid wilde worden. Zeker om goedkoop een plaats te krijgen in het nieuwe stadion’, zegt zo’n bestuurslid. Daar begrijp ik niets van. Ik heb hier nog voor Sinterklaas gespeeld.’ Vroeger was alles anders, herinnert Suiker zich. Toen was er nog een echte clubcultuur, tegenwoordig wordt ADO geleid als een bedrijf. ‘Dat heeft de club verpest.’
Oude clubcultuur
Suiker staat langs de kant en kijkt naar de training. Hij wijst naar de overkant. ‘Kijk daar is Aad de Mos geboren, een echte Hagenees. Hij belde me een tijdje geleden om te vertellen dat zijn dochter, die spelersmakelaar is, hier zo slecht was ontvangen.’ Suiker schudt zijn hoofd vol onbegrip. Zo heeft de tegelhandelaar nog wel tien voorbeelden. Over Peter Hofstede bijvoorbeeld, hoofd scouting bij ADO. ‘Die woont in Arnhem, hoe kan hij dan om tien uur hier in de buurt bij een amateurwedstrijd zijn om spelers te bekijken?’ Nee, Suiker zit tegenwoordig liever bij Sparta, waar de oude clubcultuur nog wel aanwezig is. ‘Daar zingt de hele tribune voor de wedstrijd uit volle borst het clublied’, weet hij. ‘Hier kennen ze het niet eens meer.’ Om te bewijzen dat hij het wél kent, neuriet Suiker zachtjes het refrein. ‘ADO, zet in uw krachten eendrachtig aan het werk. Houdt steeds in uw gedachten, tezamen zijn wij sterk! Wie eens ons shirt mocht dragen, vergeet dat maar niet zo. Die hoeft men niets te vragen, die vecht voor ons ADO.’ Terwijl Suiker verder orakelt, valt de regen met bakken uit de lucht.
.
Opvallend aanwezig
.
Op het veld wordt hard getraind, opvallende aanwezige is Richard Knopper. De middenvelder is eindelijk eer fit, na een seizoen vol blessures. ‘De glimlach is weer op mijn gezicht’, zegt Knopper na afloop van de training. Bij wijze van spreken dan, want Knoppers gezicht staat niet op lachen. Veel zin om in de eerste divisie te spelen, heeft hij niet. Kon hij dan niet weg naar een andere club? Dat zou mooi zijn, zie je hem denken. ‘Maar in de voetballerij weet je het nooit’, zegt Knopper twijfelend. Vorig seizoen noemt hij het dieptepunt in zijn carrière. Hij zat bijna het hele jaar geblessseerd langs de kant en daarbovenop degradeerde zijn club ook nog eens. De middenvelder stond erbij en keek ernaar. Dat is frustrerend. ‘Ik wilde zo graag, dat is moeilijk te verwerken.’ Het heeft tijd gekost voor hij de knop kon omzetten.Dan was er ook nog die journalist die schreef dat Knopper weigerde om in het tweede te spelen. Het maakt de Hagenees nog boos. ‘Dat was absolute onzin. Ik wilde heel graag, ik had zelfs met pijn willen spelen. Ik praat nooit meer met die man.’
Intussen ‘positiveert’ Vloet er verder op los. Nee, de selectie is nog lang niet compleet – ADO verloor afgelopen maanden acht spelers en kreeg er slechts drie voor terug – maar dat komt wel goed. ‘We willen eredivisiewaardige spelers halen’, zegt Vloet. ‘We hebben ze op het oog.’ Omdat de spelers uit meerdere clubs kunnenkiezen, hebben ze nog niets besloten. Maar nogmaals: het komt goed, weetVloet. ‘Deze club hoort op het hoogste niveau.’ Buiten breekt de zon door de wolken, binnen in de catacomben van het oude Zuiderparkstadion gaan de spelers aan de lunch. Op echte borden, want dat is veel gezelliger.